Piet Steenkamp was de grondlegger van het CDA. Voor wie deze partij een warm hart toedraagt is daarom niet zomaar iemand deze week overleden. Voor de velen die in de jaren zeventig hoopten dat ze eindelijk af zouden komen van al die katholieke en protestanten politici, betekende zijn werk de opmaat voor een historische teleurstelling. Toch lijkt het mij dat zelfs zijn grootste tegenstanders geen problemen had met de persoon Steenkamp. Ze hadden hem wel willen lenen. Eigenlijk is zijn werk een grote overwinning van het harmoniemodel over het conflictmodel. Zeker de PvdA heeft node een Steenkamp kans gemist.
Met zijn dood wordt als vanzelfsprekend teruggekeken naar zijn werk en daarmee naar de grondbeginselen van de partij. Ook ik wil dat doen, maar probeer dat zo te doen door het accent te leggen op elementen in zijn nalatenschap die anders wellicht over het hoofd worden gezien.
Steenkamp is bekend van het feit dat hij drie partijen bij elkaar heeft gebracht: de katholieke KVP en de protestante ARP en CHU. Puur formeel gezien is dat een structuuropgave. Al duwend, trekkend, vleiend, verleidend en bemoedigend heeft hij die nieuwe structuur voor elkaar gekregen. Voor een geslaagde fusie is echter meer nodig. Dan telt het gedrag. Met zijn voorbeeldgedrag heeft Steenkamp iets in gang gezet wat ik tot op de dag van vandaag herken. Dan denk ik aan het opzoeken van de achterban als het echt lastig wordt, of als het in Den Haag vast zit. Dan denk ik aan het niet neerkijken op een spreekbeurt meer of minder in de (soms verre) regio’s en bovenal denk ik dan aan zijn drempelloze waardering van het 'gewone' in de mensen. Daarin gaf hij heel letterlijk het voorbeeld. Als vanzelfsprekend neem he dat over, en dan hoort het er dus bij dat je naast je betaalde werk je tijd aan anderen geeft en dat je de mens waardeert boven de functie. Zonder hem zelf nu zo goed te hebben gekend, denk ik dat ik het mede door zijn voorbeeld al zo lang uit weet te houden in de door hem gecreëerde partij; er is altijd wel zo’n figuur in je omgeving waar je je aan kan optrekken.
Waarin hijzelf werkelijk bijzonder is geweest, is in de manier waarop hij zich wist te verplaatsen in anderen, in het bijzonder hoe hij zich als katholiek wist te verplaatsen in de leer en denkwijze van de protestant. Dat ging zo ver dat hij zo Bijbelvast werd als de zwaarste predikant. En dat werkte, omdat meer was dan een onderhandelingstruc; het was echte belangstelling. En uit die empathie kwam weer een groot creatief vermogen voort. Altijd was wel ergens een oplossing voor te bedenken.
Het meest uitgesproken voorbeeld daarvan is waarschijnlijk zijn 'antwoordfilosofie'. Hijzelf schrijft het mooier op, maar zoals ik het probeer te vatten, moet de Bijbel (of ander levensboek) en al die verhalen, normen, symbolen en metaforen er omheen, niet zozeer worden opgevat als een verzameling voorschriften, maar als een heuse erfenis. Dat kan je negeren, net zoals je de erfenis van je ouders mag weigeren. Maar hoe verstandig is dat? De meeste mensen zijn wijzer. Dan blijft de vraag of je de spullen op zolder zet of een plaats in je leven geeft. Steenkamp zegt: geef je eigen antwoord. Briljant, want zo elementair waar.
Bijna heilig dus, die Steenkamp. Welnu, ik vermoed dat er katholieke heiligen zijn die voor minder zalig zijn verklaard, maar onfeilbaar was hij toch ook niet. In ieder geval was hij op zijn manier ook een kind van zijn verzuilde tijd. Voor hem was het ondenkbaar om zonder C het democratisch appel vorm te geven. Hij was authentiek evangelisch en oecumenisch bewogen en beide elementen maakten het onvermijdelijk dat de fusiepartij geen seculier of neutraal karakter zou krijgen. Dat is wel waar het CDA nu al minstens tien jaar tegen aanloopt. Met het einde van de verzuiling en het omklappen van een opvallend religieuze naar een opvallend seculiere samenleving, is nu het moment om de erfenis van Steenkamp opnieuw te bezien. In de tijd van Steenkamp kon die erfenis van het christelijk nog loodzwaar en alomtegenwoordig zijn. Tegenwoordig lijkt die soms meer op een vergeten kast op de zolder van het ouderlijk huis, waarvan de kinderen vermoeden dat ze bij moeten betalen om het kwijt te raken.
Steenkamp zelf biedt het perspectief, vanuit zijn eigen antwoordfilosofie. Hij heeft in de begintijd van het CDA echt gevochten om te voorkomen dat het evangelisch karakter van de partij een verplichtend karakter zou krijgen. Zij die niet, of niet meer geloven, moesten volgens hem welkom blijven om zich bij het gedachtengoed van de partij aan te sluiten. Dat vind ik geweldig.
Minder geweldig vond en vind ik deze uitspraak van hem: “Waarin dat onderscheidende (van de partij, PN) precies zit? In de verbondenheid met de christelijke traditie: tussen alle godsdiensten is het christendom uniek door zijn nadruk op de praktijk van de sociale deugden en de menselijke waardigheid: de gehele mens doet er toe.”
Het is de vraag of dit in zijn eigen tijd al werkte, maar In een tijd dat voor erg veel mensen de christelijke traditie niet veel meer is dan de commerciële droom van een Kerstman, of erger: van iets dat in het nieuws bijna altijd vergezeld gaat van de geur van fanatisme, is het gewoon niet realistisch meer om van de christelijke traditie het onderscheidend kenmerk te maken. Let wel: dit is geen discussie over de ‘C’. Dat is de symbolische kant en nou misschien nog wel het enig herkenbare. Het gaat om wat er achter die C zit en in hoeverre dat nog een herkenbare traditie is – plus, nog een stap verder, of we nog wel weten wat een ‘traditie’ is. Maar al te makkelijk laten we ons meeslepen door spektakelstukken als ‘The Passion’ en noemen die na drie opvoeringen al een traditie. Zou het?
Veel relevanter en spannender is het verhaal zoals we dat als partij op basis van onze inspiratiebronnen hebben opgebouwd: de vier basisbeginselen van van rentmeesterschap, solidariteit, gespreide verantwoordelijkheid en rechtvaardige samenleving; de wijze waarop we denken over verantwoordelijkheid in het licht van het subsidiariteitsbeginselen, maar ook ons eigen verhaal van succesvolle herbronning na 1994 en het dramatisch falen na Arnhem. Want van ons falen mag ook geleerd worden. Alles is ons verhaal, onze inspiratiebron en erfenis. We kunnen en mogen dat niet opleggen aan wie overwegen op ons te stemmen of lid te worden, maar we kunnen het wel aanbieden en om een antwoord vragen.
Er is wel werk te doen aan dat verhaal. Mij komt het daarom voor dat we Steenkamp in ere houden door voortdurend en met kracht met frisse interpretaties te komen van ons gedachtegoed, passend bij wat er anno nu aan de hand is. Of dat nu gaat om onze houding tegenover vluchtelingen, hoe hard we nu echt aan de gang gaan met het klimaatakkoord van Parijs of, als altijd, met het gezond houden van onze overheidsfinanciën, we hebben nog wel wat te doen om onze principes en verhalen actueel te houden voor de dag van nu. Christenen mogen daar als altijd al hun antwoord op geven, maar meer dan ooit hebben we een opgave om niet-gelovigen en andersgelovigen te laten zien wat het moderne CDA te bieden heeft. Dan leeft Steenkamp pas echt voort in zijn partij.
Peter Noordhoek
Tevens verschenen in Opiniestukken op 9 mei 2016.