Een blog die loopt van een concert voor reservisten naar een les van professor Obama en vervolgens naar een vergelijking tussen de twee presidentskandidaten Trump en Clinton als het gaat om het buitenlandbeleid van de VS en de mogelijke gevolgen voor Europa. De les: stop nu eens met 'Penny wise and Pound foolish'.
Naar het Korpsconcert
Afgelopen zaterdag waren wij als gasten van de Korpscommandant aanwezig bij het ‘Korpsconcert’ van de Nationale reserve. In de Flint in Amersfoort was er een concert van het eigen orkest van het Korps. Het concert wordt één keer per jaar georganiseerd en is een enerzijds een bedankje aan al degenen die zich beschikbaar houden als reservist, die daarvoor oefenen en soms daadwerkelijk op missie gaan. Aan de andere kant was dit gewoon een van de weinige momenten dat het hele korps bij elkaar is, want normaal zijn ze actief in dagelijkse functies die niets met het korps te maken hoeven hebben. Dit was dus een avond vol binding, ook omdat de avond in het teken van de uitzending als militair stond: ook reservisten kunnen worden uitgezonden. Dat grimmig besef was een van de dingen die aan de avond een gekarteld randje gaf.
Dienst
Voor mij was het een trip down memory lane om zo omringd zijn door uniformen. Herinneringen aan mijn diensttijd als onderofficier in Amsterdam en Seedorf, Duitsland, met de Koude Oorlog overal om je heen, kwamen weer helemaal terug. Tegen het einde van mijn diensttijd heb ik wel degelijk overwogen om reservist te worden, maar al binnen twee maanden na mijn afzwaaien werd ik weer opgeroepen voor een megaoefening van een paar weken en toen had ik even mijn bekomst. Toch jammer; je wordt er nooit slechter van. Opnieuw bedacht ik mij dat we er goed aan zouden doen om opnieuw mannen (en vrouwen!) te gaan oproepen voor dienst. Militaire of maatschappelijke dienstplicht, man of vrouw, maakt niet uit. Ik kom zelden mensen tegen die daar tegen zijn, maar hoor bij doorvragen in defensiekringen wel dit bezwaar: het kost te veel.
Bezuiniging
Tsja, dat brengt mij bij nog een tweede gekarteld randje aan de avond: de bezuinigingen op het reservisten. Er is kennelijk een probleem met het overwerk elders binnen defensie. De extra miljoenen die dit jaar bij de begroting zouden komen, blijken niet eens genoeg om de stijgende personeelskosten te kunnen opvangen. Op zoek naar het ene gat om het andere mee te stoppen, komen we nu kennelijk bij het aantal blazers uit voor een feestje. Het gaf wat gedoe, maar als gasten hebben we er eerlijk gezegd geen seconde minder om genoten. In mijn achterhoofd speelde echter wel een anekdote en via die anekdote wil ik naar mijn eigenlijke onderwerp: Trump, Clinton en de buitenlandse politiek van de VS. Moeten we het daar nu al over hebben? Ja, nu al.
De prijs voor een speciale relatie
Nog niet zo lang geleden waarschuwde Obama dat Groot-Brittannië niet langer een ‘speciale relatie’, ‘a special relationship’ mocht claimen als de Britten niet ten minste 2% van hun Bruto Binnenlands Product (BBP/GDP) aan defensie zou besteden. Wat deed Cameron? In korte tijd liet hij inderdaad het budget weer tot 2% stijgen. Die relatie was hem wat waard.
De uitgaven in Nederland zijn circa 1,1% (CBS, 2014) en schommelen een beetje met de loonkosten. De VS geeft het meeste uit: 4,3% (CIPRI, 2009).
Doet dit er toe? Ja, meer dan het lange tijd gedaan heeft, mede door, zoals dat heet, ’de terugkeer van de geopolitiek’. De positie van Europa, inclusief haar veiligheid, is in de praktijk altijd een afgeleide geweest van de bereidheid van de Verenigde Staten om de garant te staan voor de veiligheid van Europa. Met het verplaatsen van de brandhaarden in de wereld naar landen die maar weinigen op de kaart kunnen vinden, was dat percentage ook niet zo spannend. Met de terugkeer van Rusland als agressor op het wereldtoneel, is die situatie weer wezenlijk veranderd. De bereidheid om te investeren in eigen veiligheid zal weer zichtbaar moeten worden. Heel concreet. En dan is het verontrustend om te kijken naar de kwaliteiten van de twee belangrijkste kandidaten in de presidentiële verkiezingen van 2016.
Trump en Clinton en onze Nederlandse bias
Het heeft er alle schijn van dat die kandidaten Donald Trump voor de republikeinen en Hillary Clinton voor de democraten zal zijn. Ik hou het ook graag spannend, maar mijn ervaring is dat als iemand eenmaal zoveel ‘delegates’ heeft verzameld als deze twee kandidaten, dan worden ze het gewoon. Dan kunnen we vervolgens geen grotere fout maken dan naar die twee te blijven kijken met onze bevooroordeelde Nederlandse ogen. In die ogen is alles wat Trump doet een ramp en is alles wat Clinton doet onvermijdelijk goed.
Daarbij hebben we ook nog eens de neiging te redeneren alsof wij zelf Amerikanen zijn, in plaats van Europeanen met een eigen belang en een eigen reden om vrij koel te kijken naar welke kandidaat het ook wordt.
Vier vormen van buitenlands beleid
Dat wil ik hier doen aan de hand van professor Obama. Voordat hij president werd, was hij o.a. een tijd hoogleraar staatsrecht in Washington DC. In een lang portret in The Atlantic door vertrouweling Jeffrey Goldberg, komt de hoogleraar om de hoek kijken als hij een typering geeft van de vier manieren waarop Amerikaanse presidenten naar de buitenlandse politiek kijken. Hij zet vier banderingen in een schema: de isolationistische, de realistische, moreel interventionisme (‘liberal interventionism') en internationalistisch.
Isolationisme
Het isolationisme is altijd een sterke trend geweest (‘Monroe doctrine’), maar Obama zegt terecht dat deze niet houdbaar is in een wereld die steeds kleiner wordt met de communicatiemiddelen van nu. Welnu, hier hebben we gelijk de eerste reden om blij te zijn met Trump. Anders dan veel republikeinse kandidaten, waaronder Cruz, is Trump niet isolationistisch; hij zoekt de tegenstander liever op.
Realisme
Is Trump dan een realist? In ieder geval niet in de ogen van het republikeinse establishment. Niet zo lang geleden is er een initiatief geweest van 75 republikeinse buitenland-deskundigen - vooral neo-conservatieven - die een felle brief hebben geschreven tegen de persoon Trump. Ik vond dat niet erg indrukwekkend omdat ze eigenlijk geen enkele poging deden hem te duiden in termen van internationaal beleid. Grappig genoeg beschouwt Obama zich als een realist, daarbij heel bewust ook zeggend dat hij het voorbeeld van de eerste Bush en zijn adviseur Brent Scowcroft volgt. Hij doet dat deels omdat hij de beperkingen van het Witte Huis heeft leren kennen en deels vanuit zijn analytisch ingestelde temperament. Interessant. Dat laatste past in ieder geval veel minder bij Trump dan het past bij Rubio of Jeb Bush. En toch, en toch.
Moreel interventionisme
Ook interessant is het ‘liberal interventionalism’ (ook wel Wilsonianism genoemd, zeker door iemand als Kissinger). Het gaat hier om het uit idealistische motieven interveniëren in het buitenland. Daar hoeven niet per se Amerikanen bij betrokken te zijn, als het menselijk drama maar groot genoeg is.
Het is op dit punt dat we denk ik de natuurlijke houding van Hillary Clinton moeten zoeken en bij de mensen om haar heen. Wellicht is ze nu voorzichtig geworden door Benghasi en de mislukte ingreep in Libië, maar wie de denkgeschiedenis van Hillary afpelt, ziet iemand die toch sterk om idealistische redenen geneigd is om in actie te komen, om pas daarna een soort pragmatische toets te doen. Zoals vice-president Biden het schijnt te hebben gezegd:
“She just wants to be Golda Meir”.
Deze sterke Israëlisch premier is inderdaad een mooi rolmodel, maar het is ook een voorbeeld dat tot een te romantisch beeld kan leiden van de gevolgen van ingrijpen door de Amerikaanse wereldmacht.
Internationalisme
Tot slot heb je nog de internationalisten, degenen die via de opbouw van internationale instituten en het maken van diplomatieke afspraken en handhaven van mensenrechten geloven in een betere wereld, ook voor Amerika. Ook dit zal Hillary Clinton omarmen, maar volgens mij op een wat routineuze manier, omdat het erbij hoort. Op het eerste gezicht heeft Trump weinig met deze lijn, maar pas op; voor Trump wordt het heel belangrijk dat hij levert als het gaat om de concurrentiekracht van Amerikaanse bedrijven. Voor hem zouden de gremia van de internationalisering weleens prachtige tonelen kunnen opleveren voor zijn ‘deal making’ met de groten der aarde.
Trump, Reagan en Europa
Elke keer als ik de naam Trump opschrijf denk ik ‘het zal toch niet waar zijn’ om mij vervolgens te herinneren dat het met Ronald Reagan niet anders was. De komst van een tweederangsacteur verbonden aan een obscuur rechtse partij vonden we in Nederland een gedachte waar we maar niet aan konden wennen. Achteraf realiseren we ons dat deze man op een paar cruciale momenten precies de goede deal wist te maken met de russen. Je zou toch hopen dat het met Trump ook zou kunnen gaan. Ik weet het niet. Ik weet wel dat we vanuit Europa goed naar onze eigen positie moeten kijken en dan bedenken dat voor de realist Obama weinig reden is om zich uitgebreid te bemoeien met Europa en het Midden-Oosten. Zijn prioriteit ligt allereerst bij China, of zelfs bij iets als de veranderingen in het klimaat. Die strijd moet gewonnen worden. Europa en MO zijn vooral bronnen van mogelijk verlies. Hij zegt het zo:
"ISIS is not an existential threat tot he United States. Climate change is a potential existential threat tot he world if we don’t do something about it."
Laat dat eens tot je doordringen. In Europa zitten we met een vluchtelingencrisis die verergert lijkt te worden door een enorme droogte. Het is op dit laatste dat hij aansluit – en niet bijvoorbeeld op de opkomst van dictators als Putin en Erdogan.
Obama heeft waarschijnlijk gelijk, maar dan voel je je als Europa toch niet echt zeker van militaire steun door de Amerikanen. Zou dat bij Trump en Clinton anders zijn? Gelukkig komen ze beiden uit New York en dan ligt Europa toch wat dichterbij dan als je bijvoorbeeld uit Californië komt, maar helemaal geruststellen doet het niet. Van Clinton hoeven we weinig meer te verwachten dan pappen en nathouden. Van Trump mag je meer verwachten en dat zowel in de negatieve als positieve zin. Negatief, in de zin dat hij weinig respect zal hebben voor de watjes die de meeste Europese regeringsleiders in zijn omgeving zullen blijken te zijn. Positief in de zin dat hij best wel eens degenen zou kunnen zijn die Putin een les durft te leren. Spannend zal het altijd worden.
Verwacht het onverwachte
En zo kom ik bij mijn punt. Ook al heeft Obama in directe zin weinig voor Europa betekent, we wisten wat we aan hem hadden en hij deed wat hij namens Amerika moest doen. Van Clinton hebben we eerder minder dan meer te verwachten. Van Trump hebben we het onvoorspelbare te verwachten. verwacht het onverwachte. En daar zitten we als Europa met onze behoefte aan stabiliteit niet op te wachten. Wij hebben onze handen al vol aan onze verdeeldheid, onze neiging steeds weer het wiel uit te vinden en met onze magere 1 a 2% uitgaven. Niet dat je de kwaliteit van een leger af kan lezen uit zo’n percentage, maar erg indrukwekkend is het toch niet. We zullen het dus echt over een andere boeg moeten gooien en moeten stoppen met dit ‘penny wise, pound foolish’ beleid. Symbolen doen er dan toe en de terugkeer naar de 2% is dan zo'n symbool. Trump snapt het, Clinton respecteert het, Putin kan het niet volgen.
Hoe dan ook; laat de band maar weer gaan spelen.
Peter Noordhoek