Op woensdag 14 augustus maakt het Egyptische leger met veel geweld een eind aan twee demonstratieve bijeenkomsten van de Moslim Broederschap. Geweld baart geweld. In de daarop volgende onlusten worden ook Christelijke en Koptische kerken en gebouwen bestormd. En als zo vaak als het over het Midden-Oosten gaat, komt dan de vraag op wat het eigen antwoord moet zijn. Toen ik dat langs de rationele kant niet direct verwoord kreeg, heb ik er een gedicht van gemaakt, later gevolgd door alsnog een rationele overweging. Bij Egypte start dan voor mij alles in een kerkbank.
Ik voel de bank nog onder mijn smalle billen
in het Godshuis van mijn jeugd
Als de bank te hard, de dienst te lang was
ging ik vluchten in mijn oma’s Bijbel:
voorop met kleine, gouden letters ‘Bijbel’
een zwart omhangend kaft
over dunne, rijstpapieren bladeren
en van die nagelkleine inkepingen
voor het vinden van elk Boek
Mooi, deze i-Phone van toen
Met slechts één contactpersoon:
God
En dan ging Zijn oude mail vooral over
Jacob en Isaac
Egypte en de zeven plagen
Vertrek naar het Beloofde Land
Ik gruwde en genoot ervan
God, zo zou ik U nu willen vragen:
waarom wilde iemand daar ooit blijven
in dat Egypte van haat en spijt?
En wat is daar gebeurd
dat U nog steeds naar plagen grijpt?
PN ‘13
-o-
Deze augustusdagen worden beheerst door het nieuws uit Egypte. Weer nieuws uit Egypte, grimmiger dan ooit. Zoveel doden, zoveel schijnbaar uitzichtloze strijd. Bij mij bleef een bericht hangen over een scene in de Fateh Moskee waarbij iemand een half verbrande Koran omhoog hield. Meer nog dan alle foto’s van de doden, weet je dan hoe fel de strijd nog gaat worden. Daar kwam het nieuws overheen dat op progrom-achtige wijze Christelijke en Koptische kerken en gebouwen het doelwit van volkswoede worden. Het is dus niet alleen een strijd van leger versus Moslim Broederschap, maar ook een strijd tussen religies geworden. Kan het fundamenteler, kan het basaler?
In een tweetwisseling tussen o.a. Arend Jan Boekestein en Pieter Omtzigt, werd gevraagd wat we voor de Christelijke gemeenschappen daar kunnen doen. Nu zou je heel Egypte willen helpen, maar de vraag kwam wel binnen. Een gevoel van machteloosheid overheerst dan. Uit dat gevoel kwam het gedicht voort. Wat kan je nog doen, behalve in je eigen land je hersens er bij houden? In ieder geval doordenken. Het gedicht komt voort uit de beelden zoals die via het nieuws tot je komen. In zekere zin ontnemen die ook het zicht op het grotere geheel. Het is toch nodig daar bij stil te staan, wil er een werkelijk antwoord komen op de vraag wat gedaan kan worden, zeker nadat we eerder zo hoopvol gestemd waren.
Het is nauwelijks twee jaar geleden dat ik met collega’s sprak over trainingen democratisering in het kader van de komende verkiezingen in Egypte. Die trainingen gingen niet door. De vertegenwoordigers van mijn opdrachtgever, werden onder invloed van de broederschap opgepakt, samen met die van andere NGO’s. Voorlopig zie ik ook na de machtswisseling dat soort ondersteuning niet meer gebeuren. Als er nog geld voor dat soort doelen naar Egypte gaat, dan moet er heel kritisch worden gekeken.
Het is ook maar nauwelijks een jaar geleden dat ik in Istanbul was en daar bij de Turken de hoop proefde dat Cairo samen met Istanbul een soort Arabische as zou kunnen vormen. Een voorbeeld van welvaart en een mooi alternatief voor dat veeleisende Europa. Bladen als de Economist waren kritisch, maar stonden ook vol van de kansen voor een stad en een land vol potentieel. Ook dat boek is vooralsnog dicht.
Maar wat als het leger er in zou slagen de Moslim Broederschap daadwerkelijk stil te krijgen? Dat hebben ze eerder gedaan. Dan nog broeit er te veel. Ik ben het eens met degenen die zeggen dat Morsi zich geen moment een democratische verkiezing waardig toonde, maar het is het leger dat de genadeklap aan de democratie uitdeelde. En juist de opgeduikelde lijst van te vernietigen Christelijke en Koptische kerken maakt duidelijk hoezeer het niet alleen een politiek, maar ook een religieus gevecht aan het worden is. Ik zeg het met pijn in het hart, maar dat zijn vaak de ernstigste gevechten.
En dat alles in het besef dat Turkije zich deelt, Syrië brandt en Irak ontploft. Om het over Libanon, Libië en Tunesië maar niet te hebben. Elk van die landen zou het journaal kunnen halen met beelden van brandende pleinen.
Als zo dadelijk de ergste strijd in Egypte is geluwd, moeten we toch constateren dat zich een soort contra-revolutionaire corridor aan het vormen is langs de gehele zuid- en oostzijde van de Middellandse Zee. Democratische krachten redden het niet, autoritaire en theocratische krachten vechten het uit. Pogingen om dat te keren, zowel langs diplomatieke weg (Syrië) als militaire weg (Libië), lijken per saldo de zaken niet beter te maken en dan zeg ik het netjes. De internationale diplomatie lijkt nauwelijks nog een serieuze factor. Hoe komen we terug?
Dan resten er ruwweg twee scenario’s. De eerste is een realpolitieke variant: actief sterke mannen steunen die voor een stabiel regime kunnen zorgen. Een Erdogan verdient dan steun. Ook Assad. Ook het Egyptische leger. Een scenario als dit wordt doorgaans verdedigd met het argument dat tijd winnen het belangrijkste is, maar te vaak leidt dit scenario weer tot nieuwe destabilisaties. Niet gewenst dus. Het tweede scenario is om met geld en andere middelen actief ‘democratische partijen’ te gaan steunen. Waar begin je? Bij wie begin je? Het klinkt als een naïef scenario, al mag je niet uitsluiten dat uit de korte Arabische lente een nieuwe generatie meer democratische leiders geboren gaat worden. Meer dan een ‘vinger bij de pols houden’ scenario is dat nu niet.
Er is dus sprake van een gevaarlijk soort strategisch vacuüm in een hoogst instabiel gebied. En bij dit alles moet bedacht worden dat de Verenigde Staten geen schim meer is van de grootmacht die ze vroeger in de regio was. Wat nu speelt in Midden-Oosten zou wel eens een ‘defining moment’ kunnen worden in wat al langer verwacht wordt: de VS die de bal daadwerkelijk aan Europa laat.
Dus: wat doen ‘we’ met die bal? Ik voorspel dat de landen in Europa het conflict in de praktijk vooral als een migratieprobleem gaan behandelen. Die dimensie zit er zeker aan. Tot nu toe lijkt de vluchtelingenstroom mee te vallen, maar hoe lang blijft dat zo? Al te veel vertrouwen in de EU-landen rond de Middellandse Zee om migratiestromen zelf op te lossen kunnen we niet hebben, daarvoor is het belang te groot om de problemen op elkaar af te wentelen. Al met al vrees ik voor een smal, verdedigend en visieloos antwoord. Waar ik op wacht is een aanpak die Europees is en waar een herkenbare veiligheidsstrategie achter zit. Er gebeurt het nodige en op diverse niveaus (Frontex op het niveau van kustbeveiliging, de diplomatieke inspanningen van Ashdown), maar niet merkbaar genoeg. Noch daar, noch hier. Ik denk dat we met een Europese defensie-inspanning te maken gaan krijgen die verder gaat dan een eenmalige actie als in Libië en tegelijk dichter bij het Europese huis komt. In een tijd waarin allerlei digitale hulpmiddelen beschikbaar komen, zullen we die ‘vinger aan de pols’ beter vorm moeten geven. Daarnaast zullen we ook de materiële middelen moeten hebben – vliegend, varend – om iedereen de boodschap te geven dat Europa waakzaam op haar drempel staat.
Het komt dus neer op het doordefiniëren van de Europese betrokkenheid in de regio van vooral een migratie- naar een veiligheidskwestie. Al langer heb ik het beeld dat het veiligheidsthema weer op de Europese agenda gaat komen. Niet omdat dit fijn is, verre van, maar omdat dit noodzakelijk is en in het belang is van alle Europese landen, Noordelijk en Zuidelijk. Egypte is, zeker in augustus 2013, heel dichtbij.
Peter Noordhoek
Deze blog is vanwege de actualiteit op het laatste moment in plaats gekomen van een blog over Groot-Brittannië, deze laatste mede geschreven naar aanleiding van een aangename vakantie daar. Dat komt dus komende week. Hoe dan ook, ik denk de komende periode letterlijk en figuurlijk weer veel in blogvorm te melden te hebben. Zeg niet ik dat u niet gewaarschuwd heb.