Wie wordt er de nieuwe leider van het CDA? Op het moment van schrijven, 16 januari 2012, zijn er weer belachelijk veel mensen en media mee bezig. De kranten zeggen: dit wordt de week van de waarheid voor het CDA. Mochten ze willen. In deze blog doe ik een voorspelling voor wie de echte politieke leider zal worden.
Op dit moment van schrijven zijn Camiel Eurlings, Jack de Vries en jan Kees de Jager in verschillende peilingen populair. Henk Bleker volgt. Sybrand van Haersma Buma en in toenemende mate Liesbeth Spies doen het aardig, Marja van Bijsterveldt wordt zelden genoemd. Andere namen doen niet echt mee. Ik richt me nu in ieder geval op de volgende kandidaten:
Ik ga er vanuit dat er een heuse verkiezing zal komen en wel tussen twee kandidaten. Dat is van belang, omdat op twee na, waarschijnlijk niemand van de hier genoemden daar op zit te wachten. Ik loop het rijtje langs, waarbij ik ietwat Freudiaans, Henk Bleker vergeet. We moeten het wel positief houden.
Camiel zal in de verleiding worden gebracht. De mediadruk zal enorm zijn. Hij zal voldoende in verleiding worden gebracht om met zijn kandidatuur te spelen, maar op het laatste moment zal hij er van afzien. Hij is een 'net niet' kandidaat. Het zal enigzins afhangen van wie hij tegen zich krijgt, maar als dat is wie ik denk dat het is, zal hij er niet voor gaan.
Jan Kees de Jager wordt nooit serieus genomen als het om zijn (gebrek aan) ambities gaat. Hij ontkent belangstelling voor het lijsttrekkerschap, maar er wordt toch op gerekend. Niet voor niets. Hij is zeer goed in staat complexe zaken zo uit te leggen dat er vertrouwen komt dat het goed zal gaan. Maar hoe is hij buiten de portefeuille Financiën? Ik heb er een hard hoofd in dat hij daar beter uitkomt dan bijvoorbeeld Zalm. Jan Kees zit qua communicatiekracht ergens tussen Zalm en Wouter Bos in, maar hij verliest het van beiden als het om all round zijn gaat. Bovendien is zijn focus internationaal en niet nationaal (zoals zijn ambtenaren zullen beamen). Ik zie het hem gewoon niet doen en zeker niet als het een tweestrijd moet worden. Never.
Een goed politicus, een fijn mens. Maar hoewel hij door en door CDA is, komt hij vaak afstandelijk en wat grijs over. Weer een van die mensen die het verdienen om een serieuze kandidaat te zijn, maar het door een ondefinieerbaar 'iets' net niet zijn. Naar ik vermoed gaat hij daar redelijk ontspannen mee om. Hij hoeft niet zo nodig. En tegelijk en juist daarom doet hij het goed en gaat hij het steeds beter doen. Sybrand moet gevraagd worden om zich kandidaat te stellen voor het leiderschap. De partij zal dat doen in de verwachting dat Sybrand een degelijke CDA-leider zal zijn, niet in de verwachting dat hij een stemmenkanon zal zijn of de gehoopte vernieuwer. Daarom zal z'n verzoek er niet komen of pas heel laat.
Eigenlijk de beste politica van het stel. Een mensenmens die steeds beter de juiste toon weet te treffen. Ze wordt vaak onderschat als het om haar dossierbeheersing gaat, maar tot nu toe werkt ze zich steeds prima in en maakt ze zelden of nooit een grote fout. Integendeel: ze weet precies welke ideeën de moeite waard zijn om te lanceren. Zij zal ook de minste aarzeling hebben om in een tweestrijd mee te doen. Ze heeft er ervaring mee, ze werd er partijvoorzitter mee. En met haar achterban moet ze ook ver komen. Toch is het de vraag of ze ver genoeg komt. Ze is erg van de oude garde en het heeft haar geloofwaardigheid geschaad dat ze zichzelf en andere partijprominenten het kabinet in lanceerde. Mijn veronderstelling is dat ze zich eerder bezig zal houden met het lanceren van een eigen favoriet dan dat ze zelf voor goud zal gaan.
Jack de Vries staat voor een reeks (oud-) politici die vreselijk veel kwaliteiten in huis hebben. Zoveel kwaliteiten dat ze op puur technische gronden het partijleiderschap eigenlijk aangereikt zouden moeten krijgen. Het zal echter niet gebeuren en het woord 'imago' vangt dat aardig af. Dat imago is zowel in het geval van Jack als van Joop en Maxime (die als 'redder' terug zou kunnen worden gevraagd) niet terecht. Het doet ze in ieder geval tekort. Maar dat negatieve imago is er wel en in ieder geval valt niet te ontkennen dat ze deel zijn geweest van de periode Balkenende. Het verlangen binnen de partij om die periode achter ons te laten is groot. Ook de voorzitter van het Strategisch Beraad zal daar als het er op aan komt niet aan ontkomen. En degene die ik op temijn qua stemmenkracht zelfs nog hoger inschat dan Jan Kees, Jack, zal het niet redden. Campagnetechnisch jammer, maar voor de partij-ontwikkeling wel goed. Ondertussen hoop ik zeer dat Jack, Aart-Jan en Maxime 'voor het CDA behouden blijven'- en dat bedoel ik niet zo flauw als het klinkt.
Er komt wel degelijk een nieuwe generatie aan en die lijkt zich vooral op het niveau van het lokaal bestuur te bevinden. Hugo de Jonge (Rotterdam) is daar een goed voorbeeld van. Collega Karsten Klein (Den Haag) kan er ook wat van, maar Hugo is net iets meer CDA. Zullen ze het redden als het op een verkiezing aankomt? De realiteit gebiedt te zeggen dat echte Haagse ervaring wel een pré is en blijft. De partij wil wel vernieuwen, maar of het echt 'wilde' avonturen wil? Ik mis overigens goede jonge kandidaten uit het bedrijfsleven.
Ab is 'the dark horse' in dit verhaal. Ik sluit niet uit dat hij er in stapt, rekenend op de goodwill die hij heeft. Als hij het mij zou vragen zou ik me niet tegenover een Liesbeth of Sybrand stellen. Die krijgen uiteindelijk de steun van de huidige generatie, ook omdat Ab in dat geval direct allerlei tegenkrachten zal oproepen. Maar elke andere kandidaat zal het zwaar krijgen tegenover Ab. Overigens denk ik niet dat hij zich kandidaat zal stellen. Weer in beeld komen als minister zal eerder zijn doel zijn, net zoals dat voor meerdere van de hierboven genoemde zal gelden.
Ik heb een beetje zitten dollen met de lezer - en met mijzelf. Er is eigenlijk maar één kandidaat: Liesbeth Spies. Dat heeft zeker te maken met het feit dat ik haar persoonlijk zo waardeer, maar ook met wat koele inschattingen.
Even een paar punten in haar voordeel:
Nadelen zijn er ook. Een echte mediapersoonlijkheid is ze niet en ze staat ook niet voor de Grote Vernieuwing. Financieel-economische expertise heeft ze ook niet veel, zoals ik in een eerder portret van Liesbeth schreef. Maar tegelijk is dat onzin. Ze heeft het budgettaire onderhandelingsspel aan de hand van meesters geleerd en kan altijd de goede talenten om zich heen verzamelen. Kortom; geen echte kwetsbaarheid.
Zoals Elsevier het nu omschrijft: ze is eerder warm, dan hot. Maar misschien is dat laatste ook wel een positief punt. Ze heeft het temperament van een stayer. Als ze nu goed door haar periode als minister van BZK heen komt, weet ik zeker dat ik later deze blog kan openbaren met een zeker 'TARA!, I told you so' gevoel.
Peter Noordhoek